What is Lorem Ipsum?

Lorem Ipsum is simply dummy text of the printing and typesetting industry. Lorem Ipsum has been the industry’s standard dummy text ever since the 1500s, when an unknown printer took a galley of type and scrambled it to make a type specimen book. It has survived not only five centuries, but also the leap into electronic typesetting, remaining essentially unchanged. It was popularised in the 1960s with the release of Letraset sheets containing Lorem Ipsum passages, and more recently with desktop publishing software like Aldus PageMaker including versions of Lorem Ipsum.

De Nationale Hypotheek Garantie (NHG) is een verzekering voor kopers van een woonhuis. Tegen betaling van een eenmalige premie bij het aangaan van de hypothecaire lening biedt de NHG een vangnet tegen financiële problemen. De koopsom of marktwaarde van de woning mag niet boven een vastgesteld bedrag liggen om een hypotheek met NHG af te kunnen sluiten. De koopsom voor een woning zonder energiebesparende voorzieningen bedraagt voor het jaar 2019 maximaal € 290.000. Voor woningen met energiebesparende voorzieningen is dit € 307.400. Voor 2018 gelden maxima van € 265.000 en € 280.900.

De NHG-premie wordt jaarlijks vastgesteld op basis van actuarieel onderzoek. De minister van binnenlandse zaken heeft besloten dat de NHG-premie in 2019 van 1,0 naar 0,9% van het bedrag van de hypothecaire lening daalt.

De minister van Financiën heeft in een brief aan de Tweede Kamer de planning voor de laatste maanden van 2018 gegeven. Het gaat om wetsvoorstellen, brieven en rapportages die de staatssecretaris en de minister van plan zijn naar de Kamer te sturen.

Naast verwachte zaken als de wetsvoorstellen die gezamenlijk het Belastingplan 2019 vormen gaat het onder meer om de kabinetsreactie over belastingheffing in box 3 op basis van werkelijk rendement in september, een evaluatie van de middelingsregeling in de inkomstenbelasting in oktober, een brief over de deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA) en een rapportage over de herziening van de rulingpraktijk in november. Voor december vermeldt de planning een evaluatie van regelingen in de overdrachtsbelasting en een brief over de uitkomsten van het onderzoek van de commissie van deskundigen naar het gebruik van het BSN in het btw-identificatienummer.

De minister van Sport heeft een akkoord gesloten met de sport, gemeenten en maatschappelijke organisaties en bedrijven. Dit nationale sportakkoord houdt onder meer in dat er ruim 700 extra buurtsportcoaches komen en dat de onbelaste vrijwilligersvergoeding omhooggaat van € 1.500 naar € 1.700 per jaar. Verder komt er een bedrag van € 87 miljoen beschikbaar aan subsidie voor sportverenigingen die investeren in accommodaties en voor beweegprogramma’s voor kinderen onder de zes jaar. Alle bij het sportakkoord betrokken partijen betalen mee om de ambities te realiseren.

Het nationaal sportakkoord bestaat uit vijf deelakkoorden, die gesloten zijn door veel verschillende partijen. Het gaat om de volgende akkoorden:

  1. inclusief sport en bewegen;
  2. van jongs af aan vaardig in bewegen;
  3. duurzame sportinfrastructuur;
  4. vitale aanbieders;
  5. positieve sportcultuur.

De belastingheffing zal in de toekomst verschuiven van inkomensgerelateerd naar verbruiksgerelateerd. Met name milieuonvriendelijke producten zullen zwaarder worden belast. Onderdeel van deze verschuiving is het heffen van belasting op vliegverkeer. Met ingang van 2021 wil Nederland belasting gaan heffen op vliegverkeer.

Het liefst zou Nederland zien dat er een eenduidige Europese vliegbelasting wordt geïntroduceerd. Mocht dit niet lukken dan wordt er een belasting per vliegtuig en/of een belasting per passagier ingevoerd. Uit onderzoek blijkt dat een beperkte vliegbelasting van € 3,80 per passagier binnen europa en € 22 voor intercontinentale vluchten een positieve invloed heeft op welvaart, BBP en klimaat.

In een poging om een betere afstemming te krijgen in de internationale belastingheffing en belastingontwijking tegen te gaan wordt een eerste maatregel genomen. Met ingang van 1 juli 2020 zijn adviseurs, zoals belastingadviseurs en accountants, verplicht om grensoverschrijdende constructies te melden welke zijn bedoeld om belasting te ontwijken. Onderdeel van de regelgeving is dat de meldingsplicht geldt voor constructies die na 25 juni 2018 zijn opgezet. De informatie over de periode van 25 juni 2018 tot 1 juli 2020 hoeft pas uiterlijk 31 augustus 2020 aan de Belastingdienst te worden verstrekt

In oltober 2020 zal er een eerste informatieuitwisseling tussen lidstaten plaatsvinden. Een betere afstemming is een eerste stap in het voorkomen van misbruik. Ook wordt verwacht dat de maatregel preventief zal werken.

De wetgeving wordt thans voorbereid en dient te voldoen aan de richtlijnen van de Europese Unie. In het najaar zal er een consultatieronde plaatsvinden. We houden u op de hoogte van de ontwikkelingen.

De staatssecretaris van Financiën heeft in een brief aan de Eerste Kamer een uiteenzetting gegeven over de fiscale aspecten van cryptovaluta, zoals de bitcoin. Omdat de ontwikkelingen rond cryptovaluta snel gaan is niet uit te sluiten dat de fiscale kwalificatie en behandeling van cryptovaluta veranderen.

Particulieren en cryptovaluta
Volgens vaste jurisprudentie vormen speculatieve transacties en transacties waarvan het eindresultaat niet beïnvloedbaar is door de verrichte arbeid geen bron van inkomen. Dat geldt ook voor de handel in cryptovaluta. Als er structureel positieve resultaten worden behaald die kunnen worden verklaard door arbeid van de betrokkene, die verder gaat dan de arbeid die met speculatie samenhangt, is wel sprake van een bron van inkomen. Bij het minen en handelen in cryptovaluta door een natuurlijk persoon zal niet snel sprake zijn van een bron van inkomen. Vermogensbestanddelen van een natuurlijk persoon behoren tot de rendementsgrondslag van box 3, tenzij sprake is van vermogensbestanddelen die in box 1 of box 2 vallen. Cryptovaluta van een natuurlijk persoon vallen in box 3 en moeten naar de waarde in het economisch verkeer op 1 januari van een kalenderjaar worden opgenomen in de aangifte inkomstenbelasting. De staatssecretaris gaat daarbij uit van de koers op de peildatum van het gebruikte omwisselplatform.

Ondernemers en cryptovaluta
Als de tegenprestatie voor de verkoop van goederen of de levering van diensten door een ondernemer uit cryptovaluta bestaat, moet deze worden omgerekend naar een equivalent in euro’s. Het bedrag in euro’s wordt tot de omzet gerekend voor de winstbepaling en voor de omzetbelasting. Omwisselen van cryptovaluta kan een verlies of een winst opleveren. Cryptovaluta die op de balansdatum aanwezig zijn moeten worden gewaardeerd volgens goed koopmansgebruik. De hoofdregel is waardering op kostprijs of lagere marktwaarde.

Loonbetaling in cryptovaluta
Als loon wordt uitbetaald in cryptovaluta moet het loon voor de aangiften loonbelasting worden omgerekend in euro’s op het moment dat het loon wordt genoten.

Cryptovaluta en ib-ondernemer
Bij de aankoop van cryptovaluta door een ib-ondernemer speelt het leerstuk van de vermogensetikettering. Als cryptovaluta worden aangeschaft met duurzaam overtollige liquide middelen vormen zij geen ondernemings- maar privévermogen en vallen zij in box 3. Dat geldt ook als de aankoop van cryptovaluta niet plaatsvindt binnen de normale ondernemingsuitoefening en er geen sprake is van het beleggen van tijdelijke overtollige middelen.

Cryptovaluta en bv
Een bv drijft een onderneming met het gehele vermogen. De resultaten van het minen en de aan- en verkoop van cryptovaluta moeten volgens goed koopmansgebruik in de winst van de bv worden verwerkt.

Op 25 mei 2018 is de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) van kracht geworden. De AVG geldt voor bedrijven, instellingen en ook voor de overheid. Volgens de staatssecretaris van Financiën duurt het nog een jaar voordat de Belastingdienst kan voldoen aan de eisen van de AVG. Dat zegt hij in antwoord op Kamervragen.

Wel heeft de Belastingdienst inmiddels een register van verwerkingsactiviteiten aangelegd waarin alle verwerkingen zijn opgenomen. Volgens de staatssecretaris is gewaarborgd dat wijzigingen in verwerkingen en nieuwe verwerkingen worden opgenomen in het register. Op de website van de Belastingdienst is een overzicht van verwerkingen van persoonsgegevens te vinden. Voor een aantal verwerkingen is onvoldoende wettelijke grondslag. Hiervoor wordt een wettelijke grondslag voorbereid of worden alternatieven uitgewerkt. Waar vaststaat dat de grondslag ontbreekt, is de verwerking van de gegevens gestaakt.

De Belastingdienst heeft een aantal applicaties waarin gegevens zijn samengebracht voor gebruik in toezichts- en bedrijfsvoeringsprocessen. Deze applicaties worden aangepast of vervangen omdat zij op het punt van gegevensbeperking en toegang tot gegevens niet aan de eisen van de AVG voldoen. Ook heeft de Belastingdienst achterstanden bij het schonen van gegevensbestanden.

De Belastingdienst beoordeelt beveiligingsincidenten waarbij mogelijk persoonsgegevens verloren zijn gegaan of waarbij mogelijk onrechtmatige verwerking van persoonsgegevens plaatsvindt. In 2017 zijn 1.275 meldingen geregistreerd, waarvan er na beoordeling 225 zijn doorgestuurd naar de AP. In 84 gevallen zijn ook de betrokkenen geïnformeerd omdat die incidenten mogelijk een hoog risico inhielden voor hun rechten en vrijheden.

Op 25 mei 2018 treedt de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking. De AVG is de opvolger van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en is van toepassing op iedereen die met persoonsgegevens werkt. Voor veel ondernemingen geldt dat daarbij onderscheid gemaakt kan worden in twee soorten personen van wie gegevens worden gebruikt. Het betreft personeel van de onderneming en de klanten. Welke gegevens van klanten worden vastgelegd is afhankelijk van de aard van het bedrijf. Naarmate meer en ook bijzondere gegevens vastgelegd worden, gelden strengere voorschriften.

Persoonsgegevens
Alle gegevens die betrekking hebben op een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon gelden als persoonsgegevens. Binnen de persoonsgegevens gelden gradaties. Aan bijzondere persoonsgegevens, zoals medische gegevens, etnische gegevens, seksuele of politieke voorkeuren worden strengere eisen gesteld bij de verwerking dan aan bijvoorbeeld NAW-gegevens.

Verwerking van persoonsgegevens
Verwerking is iedere vorm van verzamelen, vastleggen of gebruiken van persoonsgegeven in een bestand. Verwerking van persoonsgegevens moet rechtmatig zijn. Dat kan op basis van toestemming van de betrokkene of op basis van een wettelijke verplichting. Persoonsgegevens mogen alleen worden gebruikt voor het doel waarvoor zij verzameld zijn c.q. waarvoor de betrokkene toestemming heeft gegeven. Er mogen niet meer gegevens gevraagd of bewaard worden dan nodig is voor het doel. Toestemming moet expliciet worden gegeven, bijvoorbeeld voor het toesturen van nieuwsbrieven of aanbiedingen. Voor het vastleggen van gegevens van personeel gelden wettelijke verplichtingen, zoals het bewaren van een kopie van een identiteitsbewijs.

Bewaren persoonsgegevens
Persoonsgegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk. Is het doel waarvoor gegevens zijn verzameld bereikt dan moeten zij vernietigd of teruggegeven worden.

Verwerkersovereenkomst
De AVG schrijft het bestaan van een verwerkersovereenkomst voor tussen de verantwoordelijke voor de verwerking van persoonsgegevens en de derde aan wie de verantwoordelijke de verwerking heeft uitbesteed. Als deze derde zelf het doel en de middelen van de verwerking vaststelt, is hij geen verwerker maar verwerkingsverantwoordelijke.
Verwerkers die persoonsgegevens verwerken voor een groot aantal verwerkersverantwoordelijken doen er goed aan te werken met één (model)verwerkersovereenkomst. Waar een verwerker gebruik maakt van de diensten van andere verwerkers is sprake van sub-verwerking. Sub-verwerking is alleen toegestaan met instemming van de verwerkingsverantwoordelijke. Ook tussen verwerker en sub-verwerker moet een verwerkersovereenkomst worden gesloten. De voorwaarden in de sub-verwerkersovereenkomst moeten aansluiten bij de verwerkersovereenkomst die de verwerker met de verwerkingsverantwoordelijke heeft gesloten.

Aandachtspunten bij invoering AVG

1. Bewustwording
Zorg ervoor dat de mensen in uw organisatie op de hoogte zijn van de nieuwe privacyregels. Maak een inschatting van de gevolgen van de AVG zijn voor uw bedrijfsvoering en van de aanpassingen die nodig zijn om aan de AVG te voldoen.

2. Rechten van betrokkenen
Onder de AVG hebben mensen van wie u persoonsgegevens verwerkt meer rechten. Zorg ervoor dat zij deze rechten goed kunnen uitoefenen.

3. Inventariseer verwerkingen
Inventariseer welke gegevensverwerkingen u verricht. Leg vast welke persoonsgegevens u verwerkt met welk doel, waar deze gegevens vandaan komen en met wie u ze deelt. Beoordeel of u zich daarbij beperkt tot het minimum dat nodig is voor het doel. Wie heeft binnen uw organisatie toegang tot persoonsgegevens en hoe is de toegang daartoe beveiligd? Hoe gaat u om met gegevens die niet meer nodig zijn? Worden die vernietigd en is daar beleid voor (Hoe lang worden gegevens bewaard, wanneer worden gegevens vernietigd en wie is daarvoor verantwoordelijk)? Leg dit alles vast in een register. Onder de AVG heeft u een verantwoordingsplicht. U moet kunnen aantonen dat u in overeenstemming met de AVG handelt.

4. Uitgangspunten AVG voor verwerkingsbeleid en -processen
De AVG gaat uit van privacy by design en privacy by default. Dat houdt in dat al bij het ontwerpen van producten en diensten rekening met de bescherming van persoonsgegevens moet worden gehouden. Privacy by default houdt in dat u de nodige maatregelen neemt om ervoor te zorgen dat u als standaard alleen die persoonsgegevens verwerkt die noodzakelijk zijn voor het specifieke doel.

5. Functionaris gegevensbescherming
Sommige organisaties zijn verplicht om een functionaris voor gegevensbescherming (FG) aan te stellen. Wellicht geldt dat voor uw organisatie. Uw organisatie mag vrijwillig een FG aanstellen.

6. Denk aan de meldplicht voor datalekken
De meldplicht datalekken bestond al onder de Wbp. Daar verandert onder de AVG niet veel in. De AVG stelt wel strengere eisen aan de registratie van datalekken. U moet alle datalekken documenteren, zodat de Autoriteit Persoonsgegevens kan controleren of u aan de meldplicht heeft voldaan.

7. Toestemming
De AVG stelt strenge eisen aan toestemming voor verwerking. Evalueer de manier waarop u toestemming vraagt, krijgt en registreert en pas deze zo nodig aan. U moet kunnen aantonen dat u geldige toestemming heeft om persoonsgegevens te verwerken. Het intrekken van toestemming mag niet moeilijker zijn dat het geven daarvan.

De minister van Financiën heeft de jaarplanning voor 2018 van zijn ministerie naar de Tweede Kamer gestuurd. De jaarplanning omvat een overzicht van stukken, wetsvoorstellen, brieven, rapportages en dergelijke die in de loop van het jaar te verwachten zijn. In de begeleidende brief merkt de minister op dat de uitwerking van het regeerakkoord zal leiden tot een omvangrijk fiscaal wetgevingspakket. Dat pakket is niet opgenomen in deze planning.

In de maand februari kan de Kamer brieven van de minister verwachten over belastingontwijking en het tegengaan van brievenbusfirma’s, een kabinetsreactie over belastingheffing in box 3 op basis van het werkelijke rendement en een evaluatie van de werkkostenregeling.
In de maand september komt een evaluatie van de wetgeving Autobrief II.
Voor de maand december kondigt de minister evaluaties aan van de middelingsregeling in de inkomstenbelasting en van diverse regelingen in de overdrachtsbelasting.